zondag 29 december 2013

Gaia

Het begint een traditie te worden: de Top 2000 op Radio 2 tussen kerst en jaarwisseling. Hele volksstammen luisteren en zingen de hele dag mee, nostalgisch terugdenkend aan de goeie ouwe tijd, en aan gebeurtenissen en emoties die bij bepaalde liedjes zijn gaan horen. Er zijn zelfs mensen die nauwelijks naar bed gaan om maar zo weinig mogelijk te missen. De Top 2000 gaat immers het klokje rond door.
De Top 2000 werd ooit bedacht als een gimmick om 1999 te eindigen, maar het bleek zo'n succes dat ze deze formule nu alweer 15 jaar volhouden. In de top tien zit niet veel verandering: Bohemian Rhapsody, Stairway to Heaven, Child in Time, Hotel California, Wish You Were Here... Stuk voor stuk ijzersterke nummers en in een blog uit 2011, De Top der Toppen, heb ik geprobeerd uit te leggen wat op basis van deze top 10 de sleutel tot muzikaal succes lijkt te zijn. 1. Een tophit kan beter in het Engels dan in het Nederlands zijn; 2. Het kan een voordeel zijn als de song aanmerkelijk langer duurt dan drie minuten; 3. Wisselingen in tempo en melodielijn zijn sterk aan te bevelen (het is zelfs mogelijk om drie songs aan elkaar te plakken, zoals Freddy Mercury deed); 4. De tekst is bij voorkeur duister en lastig te interpreteren, en 5. de grootste kans op een plaats in de top 10 maken artiesten uit de jaren zeventig. Laatst bedacht ik nog een criterium: 6. je kunt als band beter Brits zijn dan Amerikaans.
De Top 2000 kende tot voor kort veel oudere stemmers: hits uit de jaren zestig en zeventig domineerden. Dit jaar heeft ook een wat jongere generatie meegestemd. Veel hits van na het jaar 2000 (her)ken ik helemaal niet, en van het gekwijl van Nick en Simon word ik zelfs een beetje onpasselijk. Artiesten die er naar mijn smaak wel in positieve zin uitspringen zijn Adele en Beth Hart.
Opmerkelijker vind ik dat ik blijkbaar toch hits en getalenteerde groepen heb gemist, in de periode dat ik nog wel actief naar de radio luisterde (Radio Veronica en Radio Noordzee), en een trouw kijker naar TopPop was. Wat niet middle of the road was, of tot mijn smaak behoorde (hard rock, symfonische rock), kon toch aan mijn aandacht ontsnappen. Hoe is het mogelijk dat ik wel platen kocht van Uriah Heep, Emerson Lake & Palmer, Deep Purple, Status Quo, en NIET van Cuby and the Blizzards? Kennelijk bewogen hun fans zich net weer in een ander circuit. Nu dankzij de Top 2000 hoor ik pas wat een getalenteerde groep Cuby and the Blizzards geweest moet zijn.
En dan is er nog een nummer dat ik 's nachts hoorde waar mijn mond van open viel. Deze Nederlandse artiest had in 1993 een top 2 hit. Hoe is het mogelijk dat dit mij volkomen ontgaan is? Toen ik in 1975 op de radio voor het eerst Bohemian Rhapsodie hoorde rende ik naar de platenzaak om het singletje te kopen. In 1993 had Valensia een gelijkaardige hit met Gaia, en ik heb er helemaal NIETS van gemerkt. En het is echt een indrukwekkende compositie, luister maar...

dinsdag 10 december 2013

Slagersworst

De supermarkt verkoopt
worst van de slager
en verdomd...
dat velletje dat je eraf moet pulken,
de geur, de smaak:
ik schiet moeiteloos een halve eeuw terug in de tijd.
"Lust de kleine ook een stukje worst?"
Ik knik van ja slager
en krijg een royale schijf in mijn knuistje.
"Wat zeg je dan?" zegt moeder.
"Dank u wel."
De slager knippert goedmoedig met zijn ogen.
Hij rookt zijn worsten nog zelf.
Dat ruik je in de steeg achter.
Zo'n zware, vette rooklucht,
Die goeie ouwe tijd...
Nu zou de buurt klagen dat het stinkt.

donderdag 5 december 2013

De groene hondekop versaagde nooit

Hoort de wind waait door de bomen
Op 't station zelfs waait de wind.

Zou de sprinter nu nog komen
Nu hij 't weer zo lelijk vindt?
Nu hij 't weer zo lelijk vindt!

Vroeger reed in donk're nachten
Hondekopje oh zo snel.

Als hij wist hoe zeer wij wachten
Hondekopje kwam er wel;
Hondekopje kwam er wel!

dinsdag 3 december 2013

Sinterklaas kapoentje



Vandaag werd ik gebeld door Radio 6, de soul- en jazz-zender. Of ik over anderhalf uur telefonisch kon uitleggen hoe we dat moesten begrijpen: “Sinterklaas kapoentje”?
Je gaat er toch van uit dat Sinterklaas kapoentje lief bedoeld is: kinderen zingen de Sint toe zodat hij wat lekkers of moois achterlaat in hun laarsje of schoentje. Maar een kapoen is al sinds de middeleeuwen een gesneden haan, wat een eufemisme is voor een gecastreerde haan. De belangrijkste reden om hanen te castreren was dat ze daardoor extra vet werden. (Maar je kon natuurlijk ook niet al teveel echte hanen tussen je kippen hebben: dat zou vechten worden). Om Sinterklaas toe te zingen als gesneden haantje lijkt me nu niet zo aardig. Sommige mensen zeggen dat het iets te maken heeft met het celibaat: een bisschop en een heilige heeft geen seks. Maar celibaat en castratie zijn nog wel even andere zaken.
Een kapoen kan ook een “vreemde gast” zijn, maar ook al niet in de vriendelijke zin: men moet daarbij toch vooral aan een schurk denken. En ook zo zou de Sint zich niet laten toezingen.
Het lied van Sinterklaas kapoentje is in de 19e eeuw ontstaan. Je had in de 19e eeuw ook volksboekjes en centsprenten over Klaas Kapoen: die jongen begon met kwajongensstreken maar groeide op voor galg en rad. Ook met deze crimineel vergeleken te worden, lijkt niet erg vleiend voor de Sint. Feit is wel dat de naam Klaas Kapoen geheel zit in Sinterklaas Kapoentje. De kinderen lijken de autoriteit van de Sint dus een beetje te tarten.
Maar door het verkleinwoord komt het allemaal weer goed. De kinderen zingen niet echt Kapoen maar kapoentje. En een kapoentje is een gewestelijke naam voor een lieveheersbeestje. Sint Nicolaas is van oorsprong zelf ook een Lieveheersmannetje, een man van God, een bisschop en heilige. Zowel het lieveheersbeestje als de Sint gaan gekleed in bisschoppelijk rood. Maar net als de Sint staat het lieveheersbeestje ook bekend als een geluksbrenger of een brenger van geschenkjes. Als er vroeger een lieveheersbeestje op je vinger zat dan gooide je hem in de lucht met de wens: “Morgen mooi weer!” De hedendaagse Dikke Van Dale bevestigt mijn uitleg en geeft bij kapoentje nog maar twee betekenissen: 1. lieveheersbeestje en 2. koosnaampje voor Sinterklaas.
Mijn antwoord voor Radio 6 werd op band opgenomen, want tijdens de uitzending was ik alweer onderweg naar een groep buitenlandse studenten, die ik iets ging vertellen over Sinterklaas en Zwarte Piet. Daarna zouden ze dan naar de film Alles is Liefde gaan kijken.
Je maakt wat mee als Meertens-medewerker. Morgen weer een tv-ploeg uit de Oekraïne op bezoek voor een interview over de ontstaansgeschiedenis van Zwarte Piet...

dinsdag 12 november 2013

Tante Stoom

Ooit had ik een dankgedichtje gemaakt voor tante Riet, die altijd zo goed hielp bij verhuizingen, vooral als ze haar stoom-apparaat meebracht, waarmee ze niet alleen het behang los-, maar ook zowat het hele huis schoon stoomde. De laatste tijd bekroop mij de vrees dat ik er zelfs geen uitdraai meer van had. Toen UPC ons een lang weekend zonder telefoon, televisie en internet liet zitten, ben ik naar boven geslopen, niet alleen om op de Playstation 1 te spelen, maar ook om op alle oude computer-HD's en alle losse diskettes op zoek te gaan naar het gedicht voor Tante Stoom. En warempel... daar was 'ie! Geschreven in WordPerfect 5.1, maar converteren was voor OpenOffice geen probleem. Nu raakt het gedicht niet meer in vergetelheid... althans voorlopig niet.

Tante Stoom

Je hebt zo van die tantes,
Die komen op visite
Om van de koffie en de thee
En de gebakjes te genieten.

Je hebt ook van die tantes,
Die kletsen telkenmale
Over bezoeken aan de zieken
En over akelige kwalen.

Dan heb je nog die tantes,
Die deugen voor geen meter;
Die weten, ja, die weten, ja,
Die weten alles beter.

Maar zo is mijn tante niet,
Want dat is Tante Stoom:
Zij puft en stoomt het hele huis
En is bepaald niet sloom.

Ze stoomt de trap en het behang
En de verwarmingsbuizen.
Ze helpt je graag uit vrije wil
Als je eens gaat verhuizen.

Ze stoomt de deuren en de muren,
Het is haast niet gewoon,
De vloeren en lamellen ook;
Alles wordt even schoon.

Dankzij haar stoommachine
Blinkt koper hier en chroom.
Wij leven stofvrij in ons huis:
Dank je wel, hoor, Tante Stoom!

zondag 6 oktober 2013

De Nieuwe Wildernis



We zijn vandaag dan naar De Nieuwe Wildernis geweest, die in werkelijkheid praktisch bij ons in de achtertuin begint - nou, eerst nog even 10 minuten fietsen, maar dan sta je ook echt aan de rand van de plas en de prairie. Alle lof die deze film krijgt is volkomen terecht. Twee jaar lang heeft de filmploeg opnames gemaakt in de Oostvaardersplassen. Ook 's nachts. Ook onder water. Achteraf ben ik ze één keer tegengekomen, met hun bestelbus vol camera's en apparatuur. In de film worden twee jaar in een eenjarige cyclus geperst, van lente tot lente. Het resultaat is oog-strelend: geweldig camerawerk, verbluffende close-ups, en prachtige sfeer-lenzen soms ook gebruikt, versnelde opnames, slow-motions, en dat alles vergezeld van een serieus, deskundig en af en toe droog grappig commentaar (ongetwijfeld de inbreng van Hans Dorresteijn). En met een moraal: in de natuur is een dood paard (hoe zielig ook) weer voedsel voor vele anderen, waaronder die lollige vosjes - die wil je toch ook niet laten doodgaan in de winter? Landschap en dieren zijn heel herkenbaar: vrijwel alles ben ik er zelf ook tegengekomen, behalve dat kleine ijsvogeltje: dat moet ik toch eens gaan zoeken komend voorjaar. Voor een Nederlandse natuurdocumentaire is dit de absolute top - een waardige opvolger van het oeuvre van Haanstra.

Eén verhaaltje miste ik in de film: dat van het dode hert op het eilandje. Maar dat is waarschijnlijk omdat hier toch de mens (Staatsbosbeheer) had ingegrepen.

vrijdag 27 september 2013

Betalen

Nadat mij moeder enkele maanden geleden haar tweede heup had gebroken, kwam ze in een verzorgingstehuis terecht en constateerde men een gevorderd stadium van Alzheimer. Natuurlijk hadden wij al een tijdje gemerkt dat ze steeds vreemder opmerkingen ging maken, maar nu begonnen alle puzzelstukjes duidelijk in elkaar te vallen. Bij haar Alzheimer hoort ook een vorm van afasie waardoor ze telefoon zegt als ze televisie bedoelt. Op één of andere manier heeft ze een fixatie op geld en betalen ontwikkeld. Ik kan het uit haar verleden nog niet heel goed verklaren, maar het zal er wel mee te maken hebben dat ze nu niet over geld of een pinpas kan beschikken (waarvan ze de pincode vergeten is). Dat hoeft verder ook niet, want dan raakt dat geld maar kwijt, of wordt de pas ingepikt door andere dementen, en bovendien: de verzekering en wij betalen alle openstaande rekeningen. Er hoeft nergens voor betaald te worden door mijn moeder: niet voor het eten, niet voor het verblijf. Maar ze blijft maar terugkomen op betalen, en vandaag bleef ze maar koppig beweren dat het personeel elke dag langskwam voor betaling.
"Dan komen ze 's avonds en dan moet je betalen."
"Hoe kan dat nou?"
"Toch is het zo. Ik zit hier niet te liegen."
"Ze komen natuurlijk vragen wat je volgende dag wil eten."
"Nee! Dat vragen ze nooit."
"Of gaat het om de was?"
"Nee, ook niet."
"Maar hoe kunnen ze nu vragen om te betalen? Je hebt helemaal geen geld."
"Nee, en toch komen ze elke avond."
"Heb je ze wel eens geld gegeven dan?"
"Nee."
"Laten ze je een briefje tekenen dan?"
"Nee, dat ook niet."
"Ik kan het bijna niet geloven."
"Nou, dan moet je maar eens wat langer blijven, dan zul je het zien. Laatst hadden ze zo'n grote ronde witte nog in vieren gebroken."
"Ooooohhh! Je bedoelt pillen!"
"Ja."
"Je moet elke avond pillen innemen!"
"Ja."
"En ze hebben je paracetamol in vieren gebroken want anders krijg je hem niet doorgeslikt."
"Ja!"
'Geld' en 'betalen' lijken de functie van 'smurf' te hebben gekregen uit de smurfentaal.
'Geld' kan 'pillen' betekenen, en 'betalen' kan 'innemen' zijn.
Nou snap ik het weer... alleen die specifieke fixatie niet.

zaterdag 4 mei 2013

4 mei

Wij gedenken onze doden,
Nederlanders, Joden;
Het lot van Duitsers laat ons koud,
Want hullie waren altijd fout.

Mediamarkt en Halfords


Sinds eind jaren tachtig geldt voor wetenschappers dat hun gereedschap niet langer pen en papier is, maar de computer. Vroeger kostte één PC een godsvermogen, maar tegenwoordig kan ik me wel wat meer veroorloven, en hoef ik niet meer duimen te gaan zitten draaien als er een computer uitvalt. Na de PC kwam de laptop, en schoorvoetend ook de smartphone, en nog niet zo lang geleden vond ik het tijd worden dat er ook een tablet kwam, voor op vergaderingen en congressen. Maar dan ben ik wel weer zo zuinig dat ik vind dat het niet teveel mag kosten. Sommige tablets zijn zo duur als een laptop, en laptops kunnen veel meer, dus waarom zou ik dan een tablet willen? Daarom kocht ik bij de Mediamarkt een Archos Cobalt Android tablet voor pakweg 150 euro (in oud geld toch meer dan 300 gulden). De tablet, made in China, hield zich een paar weken goed, maar na wat schermflikkeringen en wat mededelingen van “Ik kan geen wifi verbinding maken” ging het scherm onherroepelijk op zwart, de dag voor Koninginnedag.
Als je dan op weg bent naar de Mediamarkt, dan voer je in je hoofd al van die middenstandersgesprekken met onwillige lui van de servicebalie. Natuurlijk verwacht je dat het apparaat opgestuurd gaat worden ter reparatie, en dat dat een eeuwigheid gaat duren, dat ze het defect niet kunnen vinden, en de tablet nog even kapot terug komt als hij heen ging.
In werkelijkheid: niets van dat alles.
“Mijn tablet is een beetje dood.”
“Ojee.”
“Het scherm blijft zwart en ik krijg hem niet meer aan. Ook niet als ik hem aan het lichtnet aansluit.”
“Heeft u alle accessoires bij u?”
“Ja, hier is de voedingskabel en de USB-kabel.”
“Prima, dank u wel. Het zit zo: we hebben geen reparatiecontract met deze leverancier.”
Er gaat een schok door je heen: wat betekent dit?
Maar na wat heen en weer praten komt het hier op neer:
“Ik maak een bon voor u. U kunt een nieuwe tablet gaan halen, of een andere (en eventueel wat bijbetalen), maar u kunt bij de informatiebalie ook gewoon uw geld terug krijgen. De enige voorwaarde is dat u dat vandaag doet.”
Kijk, dat is onverwachte service. Je anticipeert op een dozijn moeilijkheden en bezwaren, en je krijgt gewoon het volledige bedrag van je aankoop zonder zeuren terug. Ik was aangenaam verrast. Boven bij de tablets vertelde een verkoper dat het merk Archos nogal onbetrouwbaar was gebleken: de apparaten gaan na zo'n vier maanden al kapot. Nou, dan was ik sneller met een paar weken. Je denkt wel: verkoop die rotzooi dan überhaupt niet. Maar vanwege de restitutie zonder zeuren wilde ik er geen punt van maken. Inmiddels heb ik weer een tamelijk onbekend merk tablet gekocht en wacht af of die wel een langer leven beschoren is. De tablet moet binnenkort zijn diensten gaan bewijzen op congressen in de Baltische staten.
Een wetenschapper heeft niet alleen computers als gereedschap nodig, maar moet ook voldoende blijven bewegen om gezond te blijven. Helaas heb ik een hekel aan de meeste vormen van beweging. Ik hou niet van sporten en ook niet van de sportschool of – pakweg – zwemmen. De enige acceptabele beweging voor mij is fietsen in de natuur. Gelukkig woon ik dicht bij de Oostvaardersplassen, een uniek natuurgebied waar goed omheen valt te fietsen en waar het dankbaar foto's maken is. Mijn fiets was tot nu toe de blauwe Peugeot racefiets van mijn vader. Hoe oud die precies is, weet ik niet, maar ik vrees minstens zo'n 35 jaar. Van de tien versnellingen ben ik er vijf kwijt – die zijn er van ouderdom afgevallen. De remmen doen het nog wel, maar er moet zich geen noodsituatie voordoen. Het profiel van de banden is volkomen glad. Iedere fietstocht spookt het door mijn hoofd: als ik nu een klapband krijg, dan kan ik dat hele pokkeneind naar huis teruglopen. Dus een mens begint op internet te kijken naar alternatieven. Halfords heeft betaalbare fietsen en bovendien een inruil-actie. Ik citeer: “Zeer scherpe inruilprijzen voor je oude fiets. Het maakt niet uit hoe oud of in welke staat je oude fiets is!” Kijk, dan heb je mijn aandacht.
Dus ik fiets op mijn oude racefiets naar de dichtstbijzijnde Halfords in Almere-Buiten. Ik kom met mijn racefiets naar binnen lopen en vraag of ik deze kan inruilen. De jongste bediende moet dit aan zijn baas gaan vragen. De baas blijkt de gevluchte broer van Idi Amin te zijn, die het even te druk heeft omdat hij een andere jonge werknemer verrot moet schelden. Als hij eenmaal aandacht voor mijn vraag heeft, is zijn reactie resoluut: “Geen racefietsen.” Ik wil er geen ruzie om zoeken en zeg verzoenend, terwijl ik al op het punt van vertrek sta: “Oh, jammer, nou ja. Op de website stond niet dat je geen racefietsen kon inruilen.” Broeder Amin lijkt even van zijn stuk gebracht. Ik voeg nog toe: “Geen kinderfietsen en geen Spartamets. Dat heb ik wel gelezen. En geen gestolen goed. Maar geen racefietsen staat niet in de voorwaarden op internet.” Meneer Amin neemt nu geen moeite meer om de site te lezen en laat jongste bediende nummer twee een offerte uitrekenen.
Er start nu een uitgebreid ritueel. Normaal zou je denken: er wordt een tamelijk fictief inruilbedrag aangeboden, zodat de klant het gevoel krijgt een lekker voordeeltje te behalen op de aankoop van een nieuwe fiets. Je denkt: ze bieden straks 50 euro voor het type racefiets waarop Eddy Merckx ooit de Tour de France won. Maar nee, het blijkt dat mijn fiets nu op zijn ware merites beoordeeld gaat worden. Remmen worden getest, gekeken wordt of er een slag in voor- of achterwiel zit. Hallo, ik snap ook wel dat deze fiets niet meer door te verkopen valt als occasion – deze fiets heeft alleen nog museumwaarde. “Meneer,” zegt de jongen met een treurig gezicht: “de calculatie komt uit op een bedrag van 10 euro.” Ik schiet in de lach: “Ja, dan gaat de deal niet door natuurlijk. Ik dacht dat de geld retour actie bedoeld was als een lokkertje om een nieuwe fiets te kopen.” Waarschijnlijk is mijn fiets aan oud aluminium al meer dan 15 euro waard.
Ik loop de winkel uit, me voornemend om deze racefiets te houden en te repareren tot het echt niet meer kan. Halfords is mij kwijt als klant. Misschien kunnen ze op het punt van klantvriendelijkheid nog eens iets leren van de Mediamarkt. Maar dan moet de filiaalhouder niet de broer van Idi Amin zijn, vrees ik...

zondag 21 april 2013

Het Koningslied


Vlak voordat John Ewbank bij De Wereld Draait Door het nationale koningslied ging voorspelen op de piano, maakte hij een gewaagd grapje over de bard Assurancetourix uit de strip Asterix die altijd gekneveld eindigt als er een feestje is. Dat grapje had hij beter niet kunnen maken. Want nog voordat het lied door 'gansch het volk' gezongen zou worden, werd de bard de mond al gesnoerd. De kritiek en de grappen waren niet mals - sommige reacties in de sociale media waren zelfs regelrecht respectloos. Maar eerlijk is eerlijk: dit was gewoon niet het lied dat we met z'n allen onze nieuwe koning kado willen doen. Als dit lied nou in een Van den Ende-musical had gezeten, dan zou niemand er problemen mee hebben. Musicalliefhebbers houden wel van dit soort liedjes. Bij Kinderen voor Kinderen was het allicht een lollig liedje geweest. En met zo'n inzending voor het Eurovisiesongfestival waren we keurig laatste geworden, zoals het hoort. Niemand die daar echt verdrietig van wordt. Maar ditmaal... het lied was nog niet verschenen, of de kritiek was niet van de lucht en het regende al snel grappen.


Toch was het niet helemaal duidelijk waarom het lied nou precies werd afgekeurd. Twee argumenten leken om de voorrang te strijden:
1. De melodie is plagiaat. Dat klopt: het lijkt sprekend op 10.000 Reasons van Matt Redman. Maar goed... ik weet niet of John Ewbank hier nu bewust heeft lopen jatten. Zo'n componist weet toch zelf ook wel dat 'ie daarmee tegen de lamp gaat lopen? Een beetje componist loopt echter alle dagen rond met een hoofd vol melodieën. En op een dag 'componeert' hij een melodie, waarvan 'ie zelf niet meer weet dat 'ie hem al eens eerder heeft gehoord. Zelfs als er wel sprake is van toe-eigening van andermans eigendom, dan zeggen we in een milde bui nog wel: "Beter goed gejat dan slecht verzonnen"
2. Er zitten teveel taal- en stijlfouten in de tekst. Dat argument is maar betrekkelijk. Net als in andere liedjes zitten er nogal wat elliptische zinnen en overdrachtelijk bedoelde frasen in de tekst. Geen regel schrijft voor dat een lied alleen maar correcte volzinnen en zinvolle mededelingen moet bevatten. Heeft u wel eens geprobeerd om te snappen waar Hotel California, Child in Time of Bohemian Rhapsody eigenlijk over gaan? Toch zijn het wereldhits.
Plagiaat en taalfouten - het zijn geen geringe aantijgingen, maar ik krijg toch het gevoel dat dit alleen maar stokken zijn om de hond te slaan. Eigenlijk zijn bepaalde mensen ergens anders boos over. Een mening die over the top de ware reden opgeeft, vond ik ergens op Twitter als plaatje:


Inderdaad, er zijn talloze Nederlanders die niet houden van de muziek van Marco Borsato, Dries Roelvink, André Rieu, Gordon, Frans Bauer, Gerard Joling, Jan Smit en noem ze allemaal maar op. Het is niet zo moeilijk om deze muziek te vermijden: gewoon de CD's niet kopen en niet naar hun concerten gaan. Maar nu wordt er aan de nieuwe koning straks plechtig een officieel lied aangeboden namens het hele Nederlandse volk. Dus ook namens de mensen die meer van de Mattheüs Passion houden, of Oscar Peterson, of Within Temptation. Kortom, alle mensen die je nooit bij een Joop van den Ende musical zult aantreffen - en dat zijn er meer dan u denkt. Dat heeft John Ewbank dezer dagen aan den lijve mogen ondervinden. Hij wilde dit lied aan onze koning aanbieden... "maar asjeblieft niet namens mij!" klonk het ineens uit honderdduizenden kelen.
Weet u welk Koningslied we maar het beste kunnen zingen, en waar we de koninklijke familie ongetwijfeld een plezier mee doen? Een lied dat het zowel bij plechtigheden, herdenkingen als sportevenementen al vele jaren goed doet: het Wilhelmus.

zaterdag 20 april 2013

Gedicht in Almere


THUIS
mijn Sepiastraat is okergeel
de hoge lucht ziet blauw
zonlicht opent raam en schaduw
zingt ik ben van jou

(Sepiastraat, Regenboogbuurt, Almere-Buiten,
het huis van dichteres Maria van Daalen;
www.mariavandaalen.com)

vrijdag 5 april 2013

Mediahypes: Project X en de Apocalyps

Met zekere regelmaat krijg ik mails van scholieren en studenten, die mij dan vragen stellen omdat ik deskundig zou zijn. Rond de profielwerkstukkentijd is het druk met mailtjes van scholieren: dat zijn dan meestal groepen meisjes die iets leuks (en tamelijk onmogelijks) willen met sprookjes. Met een beetje pech streven de vragen meteen naar het allerhoogste, zoals: "waarom houden mensen van volksverhalen?" en "wat is de symboliek van sprookjes?" Studenten stellen meestal wat minder existentiële vragen en weten wat beter te focussen, maar als je al hun vragen ten volle zou beantwoorden, dan zouden ze meteen klaar zijn met hun scriptie - en het was toch echt de bedoeling dat ze die zelf schreven, en niet ik.
Vandaag kreeg ik een mailtje van een studente journalistiek die een scriptie aan het schrijven was over mediahypes. De vragen overziend dacht ik meteen: dat weten andere specialisten veel beter. Dus ik begon mijn antwoordmail met verontschuldigende woorden dat ik er niet zo veel van wist en ik noemde anderen bij wie ze beter terecht kon. Vervolgens dacht ik de vragen wel met een paar zinnen af te kunnen, maar gaandeweg werden de antwoorden toch langer dan de bedoeling was. Ik blijf er overigens bij dat andere onderzoekers beter op de hoogte zullen zijn, maar ik heb in elk geval mijn eigen gedachten nog eens op een rijtje kunnen zetten.

- Wat is volgens u de meest opvallende mediahype van het afgelopen jaar? Waarom?
Ik heb het niet echt bijgehouden, maar vanuit mijn vakgebied (volksverhalen, volksgeloof, broodjeaapverhalen) kan ik er twee bedenken:
- Project X in Haren
- het Einde der Tijden op 21 december 2012
Het waren de meest opvallende mediahypes omdat ze mij het meest zijn opgevallen, natuurlijk. De commissie Cohen concludeerde dat Project X vooral groeide op de sociale media, maar de grafiek toont aan dat het nieuws pas echt viral ging zodra de landelijke media erover gingen berichten. Over het aanstaande Einde der Tijden werd in de weken eraan voorafgaand veel media-aandacht besteed, maar het bleek "much ado about nothing". In Bugarach (waar men de apocalyps zou kunnen overleven) stonden journalisten vooral elkaar te filmen en fotograferen. Zie http://www.youtube.com/watch?v=2PvuuZ7Z2_w

- Zou je kunnen stellen dat een mediahype ontstaat doordat de vraag naar nieuws groter is dan het aanbod?
Er zijn heel veel media die dagelijks heel veel kolommen en zendtijd moeten vullen. De vraag naar nieuws is groot, maar het aanbod lijkt me minstens zo groot. Van alles valt nieuws te maken, in binnen- en buitenland. Er is vooral de interne druk om elke dag met nieuws te komen (elke redactie moet elke dag produceren) en er is een externe druk om concurrerend te blijven. Er mag niet ondergedaan worden voor de collega-media, en men moet regelmatig met een scoop komen om mee te blijven tellen. En dus zijn alle media druk op zoek naar nieuws, en zodra er weer iets gevonden is, willen ze er allemaal over berichten.
En dan is er m.i. nog een tweede element: er moet wel een verhaal zijn. Het kan wel zijn dat de media een verhaal soms buiten proporties opblazen, maar er is wel een nieuwsfeit met een achtergrondverhaal. Het is niet zo, dat er met Project X of met de Mayakalender geen enkel verhaal was. De twee casussen laten wel zien dat het effect van de media heel verschillend kan zijn. De hype rond Project X trok heel veel meer jongeren naar Haren. Het Einde der Tijden boeide uiteindelijk vrijwel niemand: er gingen geen hordes mensen de straat op, er werd niet volop gebeden, mensen pleegden niet massaal zelfmoord.
Als het een kwestie van vraag en aanbod zou zijn, kun je je afvragen: stel, er is voldoende aanbod aan nieuws, zouden er dan geen hypes meer bestaan? Zelfs bij voldoende nieuws zou je toch het pupillenvoetbal-effect weer zien: allemaal achter die ene bal aan. Pas als je alle journalisten van alle media zou onderbrengen in één staatsbureau voor journalistiek, en het journaal zou terugbrengen tot één zender, en de krant tot één krant, dan zouden de hypes afnemen. Er is dan minder grote behoefte om een overvloed aan kolommen en zendtijd te vullen (deze worden een schaars goed, en men moet veel meer gaan selecteren op nieuws dat er echt toe doet) en het concurrentiegedrag wordt uitgeschakeld: als A iets doet, hoeft B dat niet ook weer te gaan doen.

- Wordt een mediahype in stand gehouden door burgers of journalisten?
Als de mediahype eenmaal ontstaan is, dan wordt ie door journalisten in de lucht gehouden, is mijn indruk. Iedere journalist wil iets doen over een bepaald onderwerp; ze willen niet achterblijven, lijkt me. Als er na één bericht niets meer over Project X in de media was verschenen, had de burger daar niet mee gezeten, denk ik. Hetzelfde geldt voor de Apocalyps; als het bij één bericht was gebleven, was het de burger ook best geweest. Het is - naar mijn indruk - niet zo dat er over alle onderwerpen vanuit het publiek voortdurend nieuws geëist wordt. Natuurlijk zijn er wel belangrijke onderwerpen waar de burger over geïnformeerd wil worden, maar dat zijn dan meer storingen in het pinverkeer, vertragingen op het spoor, een grote schietpartij in een winkelcentrum, politieke besluiten etc.

- Hoe ontstaat een mediahype, waar komt deze vandaan? Hoe en waarom nemen andere media dit over?
Dat is een vraag die je het best aan redacties of journalisten zelf zou kunnen stellen, want daar ben ik nooit bij. Journalisten hebben natuurlijk een neus voor circulerende geruchten, voor dingen waar mensen over spreken. Tegenwoordig kunnen ze zich ook een beetje laten inspireren voor Twitter en Facebook. Op zeker moment besluit een journalist of een redactie dat iets een item wordt. Verschillende media-redacties zitten ook vooral elkaar in de gaten te houden. Ze lezen elkaars kranten en tijdschriften, kijken en luisteren naar elkaars zenders... Als eentje een bijzonder verhaal heeft, buitelen vervolgens ook alle andere redacties over elkaar heen om óók een stukje van het verhaal te kunnen brengen. Ik heb dat al meermalen persoonlijk meegemaakt. Als ik zelf met iets nieuws naar buiten kwam en dat aan één krant vertelde, of in één radio-programma, dan kreeg je de volgende dag de godganse dag redacties van andere media aan de telefoon, voor óók een interview over hetzelfde onderwerp. Binnen de media bestaat dus een soort aanjagende functie die maakt dat ze bij veel onderwerpen achter elkaar aanhobbelen en de boot niet willen missen.

- Hoe verdwijnt een mediahype? Fade deze langzaam uit, of verdwijnt deze van de een op de andere dag?
Dat verschilt en is afhankelijk van wat er gebeurt.
De rellen in Haren maakten dat het verhaal nog lang nasudderde, vanwege de schuldvraag en de rechtszaken.
Een dag na het (niet gekomen) Einde der Tijden was het onderwerp journalistiek compleet dood.

vrijdag 18 januari 2013

Bloeddruk

"Ik moest van de dokter mijn bloeddruk laten controleren, want vorige week op zijn spreekuur was 'ie verhoogd."
"Goed, we meten 'm met dit apparaat."
Bzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz
Mijn arm knelt er zowat af.
Pfffffffffff
"165 over 95, da's best wel hoog."
"Bij handmatige meting is 'ie meestal lager."
"Ja? Ik kan het ook met de hand meten, hoor."
"Graag."
"Hmm, 130 over 80. Doe ik dat wel goed dan? Sorry, ik meet 'm nog een keer..."
"Prima."
"Ja, het is toch echt 130 over 80."
"Da's een heel verschil."
"Dan wil ik hem nog een keer electronisch meten."
Bzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz
Pfffffffffff
"Hij zegt 165 over 95."

Niets is blijkbaar zo slecht voor mijn bloeddruk als een electronische bloeddrukmeter...